Dag 1: Aankomst in Dakar
Brussel • Dakar
Welkom in Dakar! Amper zes uur vliegen en toch aankomen in een totaal andere wereld. Senegal is Zwart-Afrika en dat merk je meteen als je de luchthaven van Dakar uit rijdt. De straten bruisen van bedrijvigheid. Je zult tijdens deze rondreis niet snel de neiging hebben om in slaap te vallen. Altijd is er wel iets te zien aan de kant van de weg: eindeloze vlaktes met typische baobabs, een dor, woestijnachtig landschap, kleine dorpjes met ronde hutten en een puntdak, een aap die aan de kant van de weg zit te eten, kuddes schapen, geiten en koeien die naar een veld worden geleid… Senegal blijft verbazen. En op de meest onverwachte momenten, ver weg van de bewoonde wereld, staat er ineens een hutje of een Senegalees die op de bus zit te wachten. Grote kans trouwens dat hij of zij zwaait, want Senegalezen zijn een heel vriendelijk en gastvrij volk!
Bij aankomst in de luchthaven, word je alvast opgehaald en naar het hotel gebracht. Geniet van alle eerste indrukken!

Dag 2: Leer de taal van de Senegalezen, bezoek het vissersdorpje Yoff, maak het nationale gerecht Djebu Jen en ontdek hoe je kunt batikken
Dakar (B, L, D)
Salaamaleikum, nangadef? Hallo, hoe gaat het? Geen betere manier om in contact te komen met de lokale bevolking dan je eventjes te verdiepen in de spreektaal van een groot deel (80 %) van de Senegalezen: het Wolof. Met een paar woordjes zul je immers al een heel eind komen. En de Senegalezen zullen super blij zijn met jullie inspanning!
Daarna trek je naar het centrum van het traditionele vissersdorpje Yoff en naar de moskee op het strand. Maak kennis met jullie gastgezin en ga samen naar de markt om er de ingrediënten te kopen voor het klaarmaken van de nationale schotel ‘Djebu Jen’ (rijstschotel met vis).
Na de lunch wandel je door de drukke straten richting Parcel waar je Matar ontmoet die jullie zal leren batikken. Als er nog wat tijd overblijft, kun je hier ook nog even genieten aan het strand!

Dag 3: Via het Roze meer en het schelpeneiland Joal Fadiouth naar het vissersdorpje Djiffer
Dakar • Djiffer (B, L, D)
Na het ontbijt vertrek je vanochtend richting Djiffer. Eerste stop: Lac Retba, ook wel het Roze Meer genoemd, een zoutmeer dat gelegen is op 25 kilometer van de hoofdstad Dakar. De bizarre kleur, eigenlijk lijkt het meer vaak op een aardbeienmilkshake, wordt veroorzaakt door de hoge zoutconcentratie (op sommige plekken wel 40%!) waardoor het licht anders breekt en door de aanwezigheid van ‘dunaliella salina’ een organisme dat dol is op zout. Door die hoge zoutconcentratie is er bijna geen leven in het water mogelijk en blijf je, net zoals in de Dode Zee, gewoon drijven. Het meer is drie meter diep: anderhalve meter daarvan is zout en anderhalve meter is water. Als je zin hebt om even te proberen?
De Senegalezen doen hier sinds de jaren ’70 ook zelf aan zoutwinning. Ze schrapen het mineraal van de bodem en brengen het in bootjes naar de kant waar ze het laten drogen in de zon. Ieder heeft zo zijn eigen zoutbergje met daarop een bordje met zijn naam.
Wel belangrijk om te weten: het meer ziet er niet altijd roze uit. De kleur is namelijk afhankelijk van het licht en de wind. Op dagen met sterke wind scheidt de dunaliella salina meer pigment uit, waardoor het meer een rodere kleur krijgt. Als het op die dagen regent, wordt het meer grijs en lijkt het op een gewoon meer.
Daarna rijd je verder naar Joal-Fadiouth, twee gemeenten die met elkaar verbonden zijn door een houten brug en een geheel vormen van drie schelpeneilanden. Die eilanden zijn eigenlijk gevormd door het eeuwenoude afval afkomstig van de schelpdierenvangst. De grond is daardoor wit en in fel zonlicht verblindend. Eén van de drie eilanden doet dienst als kerkhof. Negentig procent van het dorp is katholiek. Wat veel is, want in heel Senegal is maar vijf procent van de totale bevolking katholiek.

Dag 4: Kajakken en worstelen
Djiffer (B, L, D)
Vandaag staat er een kajaktocht op het programma. Met een kajak verken je de delta en vaar je tussen de bolongs (de smalle tunnels onder de mangrovestruiken) door, omringd door prachtige vogels. Je maakt kennis met het ecosysteem, de bijzondere fauna van baobabs en acacia’s. Na de kajaktocht is het tijd voor de Senegalese worstelaars. Worstelen is dé nationale sport in Senegal. Zin om het zelf eens te proberen? Dit is je kans!

Dag 5: Met een prauw naar Toubacouta
Djiffer • Toubacouta (B, L, D)
Toubacouta is een dorpje gelegen in de Siné Saloum regio. Een van de mooiste plekjes natuur van Senegal, waar de twee rivieren Siné en Saloum samenkomen. De Saloumdelta is een natuurgebied van 180.000 hectare dat doorloopt tot in Gambia. Het is een wirwar van zee-armen, eilandjes, zandbanken en mangroves waarin, naast de vele vissoorten, talrijke vogelsoorten voorkomen. Senegal is niet voor niets een top-bestemming voor ornithologen! Picknicken kun je op één van de eilandjes, waar je rustig een plonsje kunnen nemen en genieten van de natuur. Als je geluk hebt, kun je nog dolfijnen tegenkomen. In Djiffer, breng je een bezoek aan het dorp en maak je kennis met een tuinproject van vrouwen, het hospitaaltje en de materniteit, het lokaal marktje waar de vrouwen groenten, fruit of vis te koop aan bieden.

Dag 6: Fietstocht door het Senegalese platteland en bezoek aan een vogelslaapplaats
Toubacouta (B, L, D)
Zet vandaag jullie beste beentje voor: fiets tussen talrijke tropische bomen zoals baobabs en kapokbomen met immense vertakkingen. Bewonder de grote termietenheuvels en wie weet kruis je wel een paar apen? Breng een bezoek aan het dorpje Missirah en de haven. In de namiddag ben je vrij om te genieten van het zwembad. Rond 18 uur vertrek je dan met een prauw richting de vogelslaapplaats, waar honderden vogels komen slapen. Alvast een spectaculair schouwspel.

Dag 7: Vissen in Sokone
Toubacouta (B, L, D)
Na het ontbijt vertrek je vandaag richting Sokone waar je een ontmoeting hebt met de ‘chef de village’. Je kunt er een voetbalmatch spelen met de kinderen, ‘des tresses Sénégalaises’ (Senegalese vlechtjes) laten maken of een schooltje bezoeken. Na de lunch wacht een visser jullie op en trek je de mangroves in.

Dag 8: Naar het vissersdorp Toubab Dialaw en samen djembe spelen
Toubacouta • Toubab Dialew (B, L, D)
Na ongeveer 4,5 uur rijden, kom je vandaag aan in Toubab Dialaw, een vissersdorp dat als een amfitheater tegen de okerkleurige kliffen aanligt en over de oceaan uitkijkt. Toubab Dialaw is één van de belangrijkste plaatsen in het Senegalese kunstgebeuren. Een vaak vertelde anekdote zegt dat een marabout, hier ooit water deed opspuiten en dat de plaats om die reden een bron van inspiratie is voor kunstenaars. Ook vandaag nog geloven de bewoners dat het water geheimzinnige en versterkende krachten heeft. Je leert hier ook de kneepjes van het dejembé spelen.

Dag 9: Ile de Goree en Dakar bezoeken en terug naar huis
Toubab Dialew • Dakar (B, L, D)
De tijd vliegt! Vandaag jullie laatste dag in Senegal. Julie rijden terug naar Dakar waar je eerst nog het slaveneiland Ile de Goree bezoekt. Ile de Gorée of Goree Island is gelegen in een natuurlijke haven op slechts 4 kilometer van Dakar. Het is een klein eiland met een lange geschiedenis: Portugezen, Engelsen, Nederlanders en Fransen hebben allemaal oorlog gevoerd om het eiland te kunnen bezitten. Vanaf de 15e eeuw werd het eiland regelmatig bezocht door goud,- en slavenhandelaars en werd het lange tijd gebruikt als slavendepot: honderdduizenden slaven warden van hieruit naar Amerika gebracht. In het ‘Maison des Esclaves’ en het historische museum krijg je een goed beeld van deze pijnlijk tijd in de geschiedenis. In de namiddag breng je nog een bezoek aan de populaire Sandagamarkt (waar je mooie en kleurrijke stoffen kunt vinden), de Kathedraal, het presidentieel paleis, en de ‘Place de l’indépendance’ waar de kamer van koophandel en het ministerie van buitenlandse zaken zich bevinden. Vandaaruit wandel je verder door naar de Kermelmarkt, waar verschillende soorten fruit, groenten en vis verkocht worden en waar je ook souvenirs kan kopen. Geniet ervan, want het zijn jullie laatste uren op Senegalese bodem!